“Ik wil graag wat meer persoonlijke feedback.” Cursisten in improvisatiereeksen.
“Geef me eens wat feedback.” Trainers, coaches of consultants vlak na een prestatie waar je getuige van was.
Ik kan me soms overvallen voelen door de overmatige of plotse vraag naar “feedback”. Dat heeft me het afgelopen jaar vaak bezig gehouden. Want kom, feedback dat is toch voor altijd en overal? Zo lijkt het toch tegenwoordig.
Ik houd van feedback. Ik heb weinig moeite om het te geven, geloof in de waarde ervan en geef er maar al te graag training over. Maar het concept feedback wordt in de buzz-zone van empowerment en autonomie schaamteloos verward met “mening”, “evaluatie”, “compliment”, “waardering”.
Feedback tussen mensen gaat over invloed. Over de impact die de een op de ander heeft en de nood om hierover te communiceren. Om te verbinden. Om de relatie of de samenwerking sterk te maken of te houden. Feedback IS de relatie en vormt de essentie van ware niet-manipulatieve communicatie.
Bij audio feedback kan je dat goed zien, of eerder horen. Feedback is wat er TUSSEN de microfoon en de geluidsbox gebeurt.
Als de werkelijke vraag echter is hoe scherp, luid of hoog de toon is van de microfoon of de box, dan lees je dat af op de wijzertjes van de versterker. Dat is geen feedback, dat is een meting (van één van beide elementen), en een weergave ervan.
Dit terug transfereren naar de intermenselijke versie veroorzaakt ook de verwarring. Mensen kùnnen elkaar immers zeer slecht objectief meten en dat weten we gelukkig ondertussen redelijk goed. We liggen elkaar dus voortdurend subjectief te meten, maar noemen uitingen daarvan dan overmoedig feedback. Terwijl we meestal gewoon een menselijk klankbord zijn. Niet meer, niet minder.
What’s in a name. Is dat zo’n probleem? Eigenlijk vind ik soms van wel. Omdat schermen met het woord feedback de illusie creëert dat men zich beweegt in een context van gelijkwaardigheid, zelfsturing en relationele focus. Wanneer feedback echter een vermomming is voor evaluatie of beloning gebaseerd op subjectieve metingen, versterkt het hiërarchie, afhankelijkheid en egocentrisme. Heel snel ontstaat dan wantrouwen in feedback, en wordt het het zoveelste concept waar medewerkers in organisaties smalend over gaan doen.
En om dan te komen tot de titel van deze blog… Echte feedbackgesprekken stoelen op wederzijdse kwetsbaarheid. Je kan niet zomaar de kwetsbaarheid van de ander vragen of eisen. Je kan je eigen kwetsbaarheid tonen en erop vertrouwen dat dat de ander opent. We benadrukken in trainingen over feedbackgesprekken dat het belangrijk is te checken of je gesprekspartner open staat voor feedback. Waarom zou dat niet in de andere richting gelden?
Of misschien kan je zelfs helemaal geen feedback vragen. Vraag eerder bijvoorbeeld naar een mening. En als je jezelf genoeg openstelt wordt dat eventueel een feedbackgesprek…